Die middag had Javier een belangrijke vergadering met de directeur van een groot bedrijf waarmee hij wilde samenwerken om zijn falende bedrijf te redden.
Hij kleedde zich haastig aan en liet zijn schoonvader alleen achter op het erf.
Kort daarna ging de deurbel.
Een luxe auto stopte voor het huis.
Een elegante man van middelbare leeftijd in een onberispelijk pak stapte uit. Javier rende naar hem toe om hem met een onderdanige glimlach te begroeten:
« Meneer de directeur! Welkom, kom alstublieft binnen. »
Maar toen de man binnenkwam, verstijfde Javier.
De gast liep recht op Don Pedro af, die zwijgend zat, en zei respectvol:
« Goedemorgen, Don Pedro. Ik ben Alejandro Ramírez, directeur van ABC Company, en ik ben gekomen zoals afgesproken. »
Javiers mond viel open van verbazing.
De « directeur », met wie hij altijd al had willen samenwerken, behandelde zijn boerenschoonvader met het grootste respect.
Don Pedro glimlachte en legde kalm uit:
« Ik wilde niet opscheppen, maar ik heb jarenlang mijn spaargeld samen met een paar vrienden geïnvesteerd om dit bedrijf op te bouwen. Alejandro is de CEO. Deze keer kwam ik niet alleen om mijn dochter te bezoeken, maar ook om de opening van een nieuwe vestiging in de stad te bespreken. Ik dacht eraan je aan hem voor te stellen, zodat we konden samenwerken… »
Javiers lichaam verstijfde.
Hij herinnerde zich haar onverschilligheid, de kortaf antwoorden die hij haar had gegeven, de minachting in haar ogen.
Hij voelde alleen maar diepe spijt. Hij stamelde:
« Vergeef me, Don Pedro… Ik wist het niet… »
Zijn schoonvader zuchtte en zei langzaam:
« Ik heb geen respect nodig om geld. Ik wil alleen dat je van mijn dochter houdt en je familie waardeert. Maar vandaag heb ik duidelijk gezien wat je het dierbaarst is. »
Hij stond op, pakte zijn oude rugzak en maakte zich klaar om te vertrekken.