Patricia veranderde in een seconde van hooghartig in bleek. « Wat betekent dit, Jenny? »
Mam, het is makkelijk. Jenny riep: « Ik hoorde je aan de telefoon met Donna. » « Je zei dat je ‘niet door een taart de show zou laten stelen’ en grapte dat een ‘per ongeluk een elleboogstoot’ de dag zou redden. »
De tuin was stil genoeg om mussen te horen fluiten. Daniel greep mijn hand vast, zijn warmte was een troost in dit familiedrama.
Jenny liep de hele tijd net voor. Ze bestelden twee identieke taarten bij de bakker om Patricia bij de echte taart weg te houden.
De taart die in onze tuin belandde, was een list.
Patricia heeft het nooit betwist.
Ze stormde weg, haar roze shirt bedekt met botercrème en cakekruimels, en zei dat ze « verkeerd begrepen » was.
Na het aansnijden van de echte taart onthulden de felblauwe lagen ons geheim. Het is een jongen. Onze jongen.
In de achtertuin was gejuich en confetti te horen.
Na Patricia’s schokkende vertrek volgden drie dagen stilte. Geen telefoontjes, sms’jes of passief-agressieve Facebookberichten. Het was heerlijk!
Ze had een taart van de supermarkt meegenomen om haar excuses aan te bieden en een boeket met verdrietige bloemen.
Haar « ik heb erover nagedacht »-toespraak was wankel, maar er was iets.
We gaven haar nog een kans. Nee, niet voor haar, maar voor onze rust.