Soorten verkeerslichtsensoren

De drie meest voorkomende typen sensoren zijn inductielus, camera en radar. Elk type heeft zijn voor- en nadelen, en waar u ze vindt, hangt af van het type bestrating, het regionale klimaat en de financiële middelen van de stad of staat.
Inductieve lussensoren
Inductieve lussensoren zijn in of onder het wegdek ingebed en gebruiken veranderingen in magnetische velden om voertuigen te detecteren. Hun opgerolde draad is geladen met een elektrische lading, die van spanning verandert wanneer een groot stuk metaal binnen bereik komt.
Hoewel deze zeer betrouwbaar zijn, moeten ze elke keer dat de weg opnieuw wordt geasfalteerd, worden vervangen. Dat heeft geleid tot de opkomst van andere detectiemethoden, zoals camera’s en radar, aldus een verkeersingenieur van de metropool Denver die werkzaam is bij het Colorado Department of Transportation (CDOT).
Videocameradetectie
Videocameradetectoren richten zich op tegemoetkomend verkeer en sommige hebben een 360-gradenweergave. De nieuwste generatie kan ook fietsen herkennen.
« Deze zijn erg handig voor het volgen van bewegingspatronen van voertuigen op meerdere rijstroken », zegt Sabastian. « Studies tonen aan dat videodetectiesystemen vertragingen in het verkeer met wel 20% kunnen verminderen in congestie. »
Ze hebben echter wel wat tekortkomingen, zegt CDOT. « De grootste zorg is dat de lens vies of verblind kan raken, net als onze ogen », zeggen ze. « Zonsopgang en zonsondergang kunnen ook een camera enkele minuten lang verblinden, wat leidt tot grillig gedrag gedurende een korte periode. »
Radardetectie
Radardetectie werkt op dezelfde manier als camera’s, maar gebruikt radiogolven om naderende voertuigen te detecteren. Dat kan het een voorsprong geven op videocamera’s, omdat het niet werkt binnen het zichtbare spectrum van licht, zegt CDOT.
Volgens Sabastian is radardetectie ook effectief bij het detecteren van sneller rijdende voertuigen. Deze voertuigen zijn dan ook vaak te vinden op kruispunten en opritten van snelwegen.